Vlooien
Vlooien worden tegenwoordig in de westerse wereld gezien als een nare bijkomstigheid van huisdieren. In de Middeleeuwen echter waren vlooien de belangrijkste verspreiders van de bacterie Yersinia pestis ofwel de builenpest.
Vlooien in huis
Volwassen vlooien zijn in een huis in kieren en spleten te vinden, zoals achter plinten en drempels. De slaapkamer is populair omdat deze vaak voorzien is van tapijt dat talloze schuilplaatsen biedt. Ook vlooienlarven houden zich meestal op onder het tapijt, uit onderzoek is gebleken dat ruim 80 procent van alle larven in het huis hier te vinden is.
Een vlooienbeet bij de mens verloopt aanvankelijk nagenoeg ongemerkt; wel treedt na verloop van tijd vaak een sensibilisatie op tegen het speeksel dat de vlo inspuit in de bijtwond om het bloed niet te laten stollen. Een dergelijk antistollingsmiddel wordt wel anticoagulans genoemd. Na dat tijdstip worden vlooienbeten duidelijke jeukbulten, soms zelfs uitgebreide blaren, met soms een rood puntje in het midden van de bijtwond. Deze zijn in typische gevallen gelokaliseerd in groepjes op de onderbenen, in het sokgebied of onder de broeksriem, en daardoor te onderscheiden van de meer verspreid geplaatste muggenbulten. Duurt de blootstelling aan vlooienbeten voort, dan kan men weer gedesensibiliseerd raken en treden er geen jeukbulten meer op. Wel veroorzaken vlooien dan nog jeuk als ze zich tussen de huid en de kleren verplaatsen. Veel mensen krijgen jeuk als ze aan vlooien denken of erover lezen. Mensen met katten die na een periode van warm weer van vakantie terugkomen (als er dus niet gestofzuigd is) worden weleens massaal besprongen door kattenvlooien als ze hun huis opnieuw betreden.
In vroeger tijden was het vlooientheater een veel voorkomende attractie op kermissen en jaarmarkten. Een vlooientheater bestond vaak deels uit illusie maar waren indertijd erg populair. Ook zijn er wel poppenhuisjes van vlooien gemaakt, waarbij de insecten werden geprepareerd en aangekleed met miniatuurkledingsstukken.
Ziekteverwekking
De hondenlintworm wordt verspreid door vlooien.
Vlooien zijn een vector voor verschillende parasitaire dieren, zoals lintwormen en bacteriën. De beruchtste soorten zijn de kattenvlo en de rattenvlo. De kattenvlo is een tussengastheer van de lintwormen Hymenolepis nana en de hondenlintworm (Dipylidium caninum). De rattenvlo brengt de pestbacil Yersinia pestis over en was dus een tussengastheer bij de grote pestepidemieën uit het verleden. Van de meeste soorten vlooien is hun relatie met ziekteverwekkers slechts gedeeltelijk onderzocht.
Het is wellicht moeilijk voor te stellen dat een nietig diertje als de vlo plagen kan veroorzaken die de maatschappij volledig kunnen ontwrichten. De vlo is echter verantwoordelijk voor het uitroeien van een derde van de bevolking van Middeleeuws Europa, tijdens diverse uitbraken van de builenpest. Deze ziekte kwam in golven en ontvolkte grote gebieden, ook had het gevolgen voor bepaalde bevolkingsgroepen. De Middeleeuwers dachten dat de pest door de lucht werd verspreid en hadden geen idee dat de vlo de oorzaak was. De Joden waren echter hygiënischer dan hun tijdgenoten, door hun reinheidsvoorschriften wasten Joden zich vaker en hadden minder te lijden van vlooien. Hierdoor waren ze minder bevattelijk voor de pest maar dat werkte tegen hen: Joden kregen de schuld van de uitbraken, ze werden er zelfs van verdacht de pest te verspreiden. Dit heeft tot verschillende pogroms en het levend verbranden van mensen geleid.
Lintwormen kunnen niet direct worden overgebracht door een beet van de vlo. Een dier kan alleen besmet raken als een besmette vlo wordt doorgeslikt. Omdat honden en katten zich regelmatig wassen waarbij ze het lichaam schoonlikken komt zo nu en dan een vlo in de maag terecht maar bij mensen vindt een dergelijke besmetting met lintwormen zelden plaats.
Bij bacteriën zoals de pestbacterie ligt dat anders. Als een rattenvlo geïnfecteerd raakt door de bacterie vermenigvuldigt deze laatste zich in enorme hoeveelheden in de maag en voormaag. De bacterie vormt een geleiachtige massa die het maagstelsel van de vlo volledig blokkeert. De vlo wordt hongerig en zuigt bij een beet zo veel mogelijk bloed naar binnen. Het bloed wordt echter gekeerd door de maagblokkade en vloeit terug in het gebeten slachtoffer, samen met een aantal bacteriën. De vlo zal direct proberen nogmaals te bijten of een ander slachtoffer uitkiezen waardoor de vlo bijt tot hij van uithongering sterft. Dit mechanisme heeft van de vlo -en de pestbacterie- een van de meest verwoestende vectoren van de mens gemaakt.
Bestrijding
Katten zijn de belangrijkste gastheren van vlooien. Vlooien kunnen net als andere insecten het best worden gemeden, preventie is de beste bestrijding. Als vlooien zich eenmaal gevestigd hebben is het vaak lastig om er weer vanaf te komen. Vlooien hebben schuilmogelijkheden nodig, zoals onder het tapijt, en voedsel in de vorm van rottend organisch materiaal. Indien deze ontbreken maken vlooien geen schijn van kans zich te ontwikkelen. Ook in schone omgevingen komen echter vlooien voor; omdat vlooien voornamelijk op honden en katten leven, komen ze terecht in nieuwe omgevingen. Ze kunnen zich in een voedselarme omgeving niet handhaven en sterven uiteindelijk de hongerdood. Vlooien springen ook over van het ene naar het andere dier. Huisdieren als katten bevechten elkaar fel en honden besnuffelen elkaar graag waarbij de vlo zich gemakkelijk van de ene naar de andere gastheer kan verplaatsen.
Om te bepalen of een huisdier vlooien draagt kan het best naar de uitwerpselen van vlooien worden gezocht. Volwassen vlooien zuigen het liefst ’s nachts en worden overdag minder vaak aangetroffen. De uitwerpselen blijven echter makkelijk klitten. Omdat ze bestaan uit uitgedroogd bloed worden ze bij menging met water helderrood en dit is een indicatie dat een huisdier is besmet. Ook de eitjes zijn met het blote oog zichtbaar maar vlooieneitjes zijn moeilijk te onderscheiden van andere insecteneieren.
De recentere vlo-bestrijdingsmiddelen voor huisdieren hebben vrijwel geen bijwerkingen en doden de vlo soms al binnen enkele uren. Sommige middelen kunnen al aan kittens en puppy’s van enkele dagen oud gegeven worden. De middelen zijn verkrijgbaar bij de dierenarts of dierenspeciaalzaak. Oudere bestrijdingsmiddelen kunnen bijwerkingen hebben en bleken vaak niet afdoende.
Honden en katten kunnen zonder gebruik van insecticiden worden ontvlooid door de vlooien simpelweg op te sporen en uit de huid te ‘plukken’. De vlooien kunnen mechanisch worden gedood door ze met de nagels te verpletteren. Een hygiënischer methode is het oppakken van de vlo met een pincet en deze vervolgens te verdrinken in een vloeistof. Hiervoor worden vaak giftige vloeistoffen gebruikt zoals spiritus of een oplossing van dichloor maar vlooien verdrinken ook gemakkelijk in water met een beetje zeep.
Er zijn verschillende methoden van bestrijding op huisdieren, zoals een spray waarmee het gehele lichaam moet worden behandeld. Ook zijn er poeders te koop die op de rug moeten worden aangebracht. Dergelijke middelen zijn nooit heel giftig, omdat honden en katten zich vaak wassen door het lichaam met de tong schoon te likken. Bij de spot-on methode wordt een middel aangebracht tussen de schouderbladen -waar honden en katten met hun tong niet bij kunnen. De werkzame stoffen van deze middelen zijn niet efficiënt als ze in de mond terechtkomen, maar worden door de huid opgenomen in het bloed voor een grotere werkzaamheid.
Vlooienbestrijdingsmiddelen die in de westerse wereld worden verkocht richten zich meestal op het terugdringen van de kattenvlo, de hondenvlo is zeldzamer. Andere vlooien zoals soorten die op egels en vleermuizen leven kunnen zich binnenshuis niet handhaven.
Onderstaand een lijst met verschillende vlooienbestrijdingsmiddelen, de giftigheid voor bijen is ook weergegeven omdat honingbijen in delen van de wereld achteruitgaan door het gebruik van insecticiden en het effect van insecticiden op bijen hierdoor goed is onderzocht.